Tekst 1
Tekst 2
Tekst 3


info


Jacob van Campen (Haarlem, 2 februari 1596 – Amersfoort, 13 september 1657) was een Nederlandse architect en kunstenaar uit de Gouden Eeuw.

Hij stamde uit een welgestelde adellijke familie en bracht zijn jeugd door in zijn geboortestad Haarlem. Van Campen was Heer van Randenbroek, en ging, vooral bij wijze van tijdverdrijf, schilderen. In 1614 werd hij lid van hetSint-Lucasgilde. Na een verblijf in Italië van 1617 tot 1624 keerde hij terug naar Nederland, waar hij de ideeën van Andrea Palladio, Vincenzo Scamozzi en de klassieke architectuur van  Vitruvius combineerde met de inheemse baksteenbouw. Het resultaat was het Hollands classicisme, een bouwstijl die behalve in Nederland ook internationaal van invloed was. Van Campen was bevriend met Constantijn Huygens, samen ontwierpen ze zijn nieuwe huis. Op Johan Maurits van Nassau-Siegen, de ontwerper van de De Kleefse tuinen en de Grote Keurvorst in Berlijn had Van Campen zelfs na zijn dood veel invloed. Frederik Willem van Brandenburg wenste koste wat het kost een boek door Van Campen geschreven te bezitten. Het stadhuis en het stadspaleis in Potsdam zijn op de ideeën van Van Campen gebaseerd.


Van Campen werkte zowel als architect, kunstschilder en ontwerper van decoratie-programma’s, zoals voor het kerkorgel in Alkmaar. Zijn kunst had tegelijk ook een invloed op de beeldhouwkunst. Bij zijn werken werd hij geassisteerd door Pieter Post, Daniël Stalpaert, Matthias Withoos, Philips Vingboons, Artus Quellinus, Tielman van Gameren en Rombout Verhulst. Mogelijk werkte hij ook samen met Albert Eckhout.


Tijdens de bouw van het Amsterdamse stadhuis, het tegenwoordige Paleis op de Dam, woonde Van Campen in het duurste logement in de Kalverstraat en zijn verteringen waren navenant. In 1654 is Van Campen met ruzie vertrokken, waarschijnlijk in verband met het ontwerp van de tongewelven. Stalpaert won en beëindigde het project - naar verluidt - met minder fraaie oplossingen.


Na een lange loopbaan, overleed Jacob van Campen in 1657 bij Amersfoort op de buitenplaats Randenbroek, dat hij had geërfd van zijn moeder. Het was door hemzelf verbouwd en door Caesar van Everdingen gedecoreerd. Van Campen is nooit getrouwd geweest, maar had wel een zoon, Alexander Van Campen, die zich later, na de erfenis, vestigde in Bloemendaal / Haarlem, waar de rest van de familie is geboren en getogen.


De zuster van Jacob Van Campen, en eventuele afstammelingen hebben nog een tijd gewoond in de buitenplaats van zijn moeder, het zogeheten Randenbroek .


Van Campen was selectief bij het aannemen van opdrachten. Zijn bekendste werken zijn:



Van Campen ontwierp behalve huizen en paleizen, ook een aantal kerken onder andere in Renswoude en Hooge Zwaluwe en de Nieuwe Kerk in Haarlem. Van dat ontwerp maakte Pieter Saenredam niet minder dan drie schilderijen en acht prenten. Daarnaast ontwierp Van Campen poorten en torens, onder andere voor de Westerkerk en Nieuwe Kerk. Zijn schilderijen en wanddecoraties onder andere voor Paleis Huis ten Bosch zijn enigszins verwant met die van Paulus Bor, een van de oprichters van de Bentvueghels.


Naast gebouwen ontwierp van Campen ook wegen. De oorspronkelijke weg tussen Utrecht en Amersfoort de Amersfoortseweg is van zijn hand.


Proefschrift over Jacob van Campen 1938