Tekst 1
Tekst 2
Tekst 3


info


 Mezekouw, mezenkooi, machicoulis of messekouw

Een mezekouw, ook wel mezenkooi, machicoulis of messekouw, is het vierkante werpgat tussen de uit elkaar geplaatste kraagstenen van de stenen uitbouwen van torens en muren van een middeleeuws kasteel. De werpgaten bevinden zich meestal bij de toegangspoort(en). Het woord stamt af van het oude Franse woord machicoller, afgeleid van het oude Provençaalse machacol, ontstaan uit het Latijnse maccare (verpletteren) en collum(nek).


Een mezekouw was bedoeld om aanvallers te kunnen belagen die onder de uitbouw en dus vlak voor de poorten en muren stonden. Mezekouwen maakten het mogelijk om deze vijanden te bestoken met pijlen en met alles wat maar naar beneden kon worden gegooid zoals kokend water en stenen. Kokende olie en hete pek zullen niet vaak zijn gebruikt omdat olie en pek duur waren.

Schietgaten


Een gat om door te schieten is een schietgat, en aan zo'n gat valt heel wat te zien. Aan de buitenkant van de muur moet het een smalle spleet zijn, ander kan de vijand naar binnen schieten. Aan de binnenkant loopt het schietgat breed uit (embrasure). Dat geeft de ruimte die nodig is om het wapen te richten. is aan de buitenkant te zien voor wel type wapen een schietgat gemaakt is. Een rond gat voor een vroeg type kanon of geweer is wat anders dan de spleet die voor pijl en boog uitgespaard werd. Het type boog zou vooral aan de binnenkant te herkennen moet zijn. Maar door de snelle ontwikkeling van de wapens zijn de verdedigingswerken steeds weer aan de laatste behoeften aangepast en daarmee verdwenen dan vaak ook de oudere bouwsporen. Heeft het schietgat een fraaie kruisvorm, dan kan dat op een bepaald type kruisboog teruggaan, of op de fantasie van de restauratiearchitect.

Het verschil tussen een eenvoudig schietgat en een lichtspleet is niet altijd te zien. De functie is ook niet helemaal anders: een schietgat is ook kijkspleet en op veel plaatsen dient deze tevens als lichtspleet. Het bestuderen van de geschiedenis van het gebouw kan dan tot de juiste interpretatie leiden.


Tekst: Jean Penders, 08-2005. Bronnen: zie literatuurlijst. Foto: Jean Penders